Bron: NIEUWSBRIEF VERENIGING VERKEERSSLACHTOFFERS
Jaargang 14, No. 3
Augustus 2009
Tekortkomingen in de aanpak van verkeersongevallen en in de zorg

voor slachtoffers
De huidige aanpak van verkeersongevallen en de zorg (huisartsgeneeskunde

) voor slachtoffers vertoont, naar onze mening, een aantal tekortkomingen waardoor de verbetering van de verkeersveiligheid trager verloopt dan mogelijk en wenselijk is, de zorg voor slachtoffers tekort schiet en de kosten voor de samenleving onacceptabel hoog blijven. Dit kan het best worden toegelicht aan de hand van een paar figuren.
In figuur 1 staat op schematische wijze de huidige situatie geschetst. We zien hier dat er een aantal maatregelen zijn genomen die de gevolgen van een ongeval minder ernstig moeten maken. Een aantal zijn duidelijk gericht op de inzittenden van motorvoertuigen, een aantal andere zijn meer generiek. Ook zien we hier dat sommige maatregelen in het voordeel van de ene groep, maar in het nadeel van een andere groep werken. Zo zijn vangrails nog steeds notoir onveilig voor motorrijders, hoewel er uitvoeringen zijn die de bezwaren ondervangen (zowel figuurlijk als letterlijk).
Ook zien we in deze figuur dat bevindingen van na een ongeval gebruikt worden om te helpen voorkomen dat ongevallen plaats zullen vinden. Dit kan door het initiëren van gerichte acties en/of door gericht onderzoek. Wat echter het meest opvalt in deze figuur is het grijze gebied: de gevolgen voor het slachtoffer vallen "buiten beeld" van de spelers op het gebied van de verkeersveiligheid en de ervaringen worden ook niet gebruikt voor verbetering. Dit is overigens wel in lijn met de slechte positie van het slachtoffer in de Nederlandse wetgeving en samenleving.
Uit figuur 2 blijkt dat veel instanties zich met het slachtoffer bemoeien, maar helaas gaat dat veelal over en niet met het slachtoffer. Dit resulteert gemakkelijk in een situatie waarin het slachtoffer zich miskend voelt en waarin andere belangen (vooral die van de instanties zelf) prevaleren boven die van het slachtoffer. Uit figuur 1 en 2 blijkt dat de basis van dit probleem is, dat er geen instantie is die de eindverantwoordelijkheid draagt en alles coördineert. Het gevolg is dat het slachtoffer zelf maar moet zien haar of zijn problemen op te lossen en nergens terecht kan met vragen en suggesties voor verbetering.
Naar onze mening zou er een “waakhond” van de overheid dienen te zijn die toeziet op de afwikkeling van het ongeval waarbij het slachtoffer centraal staat en de bevindingen gebruikt worden voor het verbeteren van de verkeersveiligheid, de primaire afhandeling (vakje 2 in figuur 1), de gevolgen voor het slachtoffer en de lering die uit dit alles te trekken valt. De “Code” voor de afhandeling van letselschade is een stap in de goede richting, maar
– is te vrijblijvend (geen sancties, geen verplichte deelname)
– is teveel op de verzekeringstechnische kant gericht
– geeft geen terugkoppeling naar de verkeersveiligheid.
Er kan veel geleerd worden uit de ervaringen van slachtoffers betreffende de afwikkeling van een ongeval, waardoor de samenleving veel geld bespaard kan worden. De onnodig trage en vaak slachtoffer-onvriendelijke, langs elkaar heen werkende wijze waarop veel instanties het slachtoffer tot wanhoop drijven, belemmert het herstel en de herintegratie van het slachtoffer in de maatschappij. Het arbeidsverzuim duurt langer, de kosten van de verschillende instanties worden hoger etc.
Eén van de onderliggende oorzaken is de versnippering van de verantwoordelijke ministeries betreffende verkeers(on)veiligheid. Hierbij zijn minstens 6 ministeries betrokken.1 Hierdoor wordt er niet efficiënt en niet effectief opgetreden omdat samenwerken niet één van de sterkste kanten van ministeries is. Het is dan ook duidelijk dat de “waakhond”-functie op dit moment niet door de overheid vervuld wordt of vervuld kan worden. Wellicht dat een “programma-ministerie” zoals “Jeugd en Gezin” een betere aanpak mogelijk zou maken.
(1) De verantwoordelijke ministeries betreffende verkeersveiligheid zijn:
– Verkeer en Waterstaat (infrastructuur, wegenverkeerswet)
– Binnenlandse zaken (politie)
– Justitie (vervolging veroorzaker, civiele procedures)
– Volksgezondheid (afwikkeling letsel)
– Sociale zaken (uitkeringen, herintegratie)
– Economische zaken (arbeidsuitval, gevolgen voor economie)