Geachte heer J. de Bruin,
Met veel belangstelling heb ik wederom u brief inzake PX 10 gelezen.
De wijze waarop u deze affaire verwoord is helder en overduidelijk en spreekt over de beschamende werkwijze van overheid en vakbond in deze zaak.
De periode dat PX 10 werd gebruikt was defensie belast met de uitbetaling van wachtgelden en pensioenen, dus ook verantwoordelijk voor het afwikkelen van ingediende claims.
In 2000 zijn alle wacht- en pensioenregelingen overgedragen naar het ABP.
Wat ik nu zeer vreemd overkomt is dat claims op het gebied van letselschade ontstaan voor 2000 worden afgeschoven naar het ABP.
De rol wat de vakbond nu speelt is het oppoetsen van eigen imago maar niet positief voor haar leden !!!!
Zou het niet zinvol zijn om uw laatste brief in te sturen voor plaatsing in het VBM NOV als reactie zodat een ieder hier kennis van kan nemen wat deze vakbond voor haar leden daadwerkelijk doet ?
Wat betreft onze eigen letselschade perikelen heb ik al diverse malen contact gehad met de politiek, o.a. Mevr. Nicolien van Vroonhoven lid van de tweede kamer fractie CDA.
In duidelijke taal heb ik een aantal vragen aan haar gesteld en haar geïnformeerd over de rammelende wetgeving ten aanzien van bescherming van letselschade slachtoffer.
De rol van de verzekeringsmaatschappijen is hierbij ruim aan bod gekomen (de VVAA)
Het eerste antwoord was uiteraard doorspek met inhoudelijk loze politieke kreten.
Op mijn tweede contact met dit lid van de tweede kamer heb ik een beter antwoord ontvangen dat ik u niet wil onthouden.
Niet dat ik daar zeer veel waarde aan hecht, het is de politiek, maar toch leuk om te weten als letselschade advocaat.
Met vriendelijke groet,
F van der V
CDA Publieksvoorlichting [mailto:cda.publieksvoorlichting@tweedekamer.nl]
Verzonden: donderdag 13 november 2008 15:20
Aan: F. van der V
Onderwerp: RE: Letselschade
Geachte heer Van der Voort,
Hartelijk dank voor uw mail waarin u ons op de hoogte stelt van de slepende procedures van letselschadezaken. Eerder hadden wij al eens e-mail contact en u vindt het van onkunde getuigen dat ik u toen schreef dat er inmiddels wel wat aan het verbeteren is. U heeft het gevoel dat de volksvertegenwoordiging u in de steek laat. Ik ben blij met uw mail. Niet dat ik vind dat u gelijk heeft en dat ik niet zou weten wat er gaande is, integendeel, maar ik ben wel met u van mening dat we de Minister weer eens aan zijn jas moeten trekken. Er valt nog veel verbeteren!
Laat ik u in de eerste plaats schrijven dat ik de emoties die bij u leven en het leed dat de ellenlange procedures en het getraineer van de verzekeringskantoren veroorzaken, mij goed kan voorstellen. Dit is ook iets waar wij ons als Kamer zorgen over maken.
Er is de afgelopen tijd best wat in beweging. Zo behandelen wij op dit moment een wetsvoorstel dat deelgeschillen mogelijk moet maken. Daarmee kan de benadeelde alvast een deel van het geschil voor de rechter laten aftikken, zodat de verzekeraar daar achteraf niet meer op kan terugkomen. Vanuit de letselschadepraktijk wordt hier veel van verwacht. Verder heb ik nog geen twee weken geleden schriftelijke vragen gesteld over de mogelijkheden om het gerek en getraineer van verzekeringskantoren af te straffen.
Ik heb voorgesteld om – zoals ze dat ook in de VS doen – de mogelijkheid in te voeren om de partij die loopt te rekken een boete op te leggen. De reactie van de minister hebben we nog niet binnen. En tot slot heb ik – mede naar aanleiding van uw mail - vorige week aan mijn collega’s aangegeven dat ik behoefte heb om op korte termijn weer eens een debat te voeren met de Minister over letselschadezaken. Dit debat zal nu gepland worden. Ik hoop van harte dat u en uw echtgenote snel duidelijkheid zullen krijgen en genoegdoening zullen vinden.
Hartelijke groet,
Nicolien van Vroonhoven.
_________________________________________
Mr. drs. J.N. (Nicolien) van Vroonhoven
CDA Tweede Kamerlid
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
www.nicolienvanvroonhoven.nl